Ds. A. Schot
Plaatsvervangend schuld belijden (2)
Plaatsvervangend schuld belijden (2)
In de media is brede aandacht geweest voor het initiatief van enkele kerken om schuldbelijdenis te doen richting het Joodse volk. In het Reformatorisch Dagblad was het voorpaginanieuws, en ook seculiere media hebben er in het landelijk nieuws over geïnformeerd. Het deputaatschap voor Israël (DvI) heeft besloten om het initiatief voor een schuldbelijdenis niet te steunen. Dit vraagt uitleg.
Het betekent natuurlijk niet dat het DvI geen oog heeft voor hetgeen de Joden is aangedaan in oorlogstijd. Deputaten hebben bezoeken gebracht aan Yad Vashem, Westerbork, Auschwitz, Kiev en meerdere Joods-historische plaat- sen. Wie met het Joodse volk in contact wil komen, moet op de hoogte zijn van de geschiedenis, anders zullen we dit volk nooit begrijpen. Het DvI heeft echter drie jaar geleden bewust een andere route gekozen dan andere kerken nu doen.
In de geschiedenis duikt de discussie om schuld te belijden richting het Joodse volk telkens weer op. Nu past het vooral in een reeks van plaatsvervangende schuldbelijdenissen, die kenmerkend zijn voor het tijdperk waarin we leven. Meerdere keren heeft het DvI zich over de vraag gebogen of wij aan een plaatsvervangende schuldbelijdenis mee moeten werken. Op theologische gronden, van zowel Joodse als christelijke kant, vindt het DvI een plaatsvervangende schuld- belijdenis niet de juiste weg. De reactie van opperrabbijn Jacobs was dat betreft ook veelzeggend.
Ons deputaatschap heeft in het verleden heel bewust gekozen voor een ‘verklaring tegen antisemitisme’.De deputaatschappen Kerk en Overheid en Israël hebben enkele jaren geleden samen deze verklaring voorbereid en aan de Generale Synode voorgelegd.
Op 4 oktober 2018 is deze verklaring aan rabbijn L.B. van de Kamp en mr. C.G. van der Staaij overhandigd in de Laurenskerk te Rotterdam.
Er waren ongeveer achthonderd belangstellenden uit onze achterban aanwezig. Het was een indrukwekkende bijeenkomst, waarbij ds. F. Mulder, ds. A.A. Egas (Steunfonds Israël Da Costa Fonds) en ondergetekende het woord gevoerd hebben. Voorafgaande aan de presentatie is er overleg met Woerdens Beraad geweest om andere kerken achter onze verklaring te krijgen. We hebben ons echter als een ‘roepende in de woestijn’ gevoeld. Helaas was er geen bereidheid vanuit bijvoorbeeld de Christelijke Gereformeerde Kerken om dit initiatief met de gekozen formuleringen te steunen.
Na de initiatieven die nu door de kerken ontplooid worden, kregen wij vanuit Joodse kring een veelzeggend berichtje:
‘De Gereformeerde Gemeenten lopen een jaar of twee voor…’.
Bij een plaatsvervangende schuldbelijdenis is er ook sprake van een soort selectieve verontwaardiging. Waarom beperkt deze schuldbelijdenis zich tot de vervolging van de Joden? Is het niet evenzeer misdadig als het Evangelie aan het Joodse volk wordt onthouden? Pau- lus zegt daarvan: ‘En wee mij, indien ik het Evangelie niet verkondig!’ (1 Kor. 9:16). De evangelieverkondiging ligt wel op het terrein van de kerken. Dáár zijn de kerken in te kort geschoten!
Als wij met de bril van nu terugkijken naar de ‘verklaring tegen antisemitisme’ zijn wij temeer verblijd dat onze Generale Synode voor déze verklaring gekozen heeft. Daar staat voor toen en nu alles in wat er gezegd moet worden.
Graag brengen wij deze verklaring nogmaals onder uw aandacht:
‘De Generale Synode 2016 van de Gereformeerde Gemeenten, in vergadering bijeen 25 januari 2017, overwegende:
Besluit: te verklaren dat (1a) antisemitisme als haat tegen het Joodse volk, van welke vorm en van welke aard dan ook, zich op geen enkele wijze verdraagt met de christelijke roeping en levenshouding; (1b) het de christelijke roeping is uit liefde het beste voor het Joodse volk en hun behoud in Jezus Christus te zoeken en daarvoor te bidden, zowel in het open- baar als in de persoonlijke gebeden.
(2) De gemeenten op te roepen in de openbare en persoonlijke gebeden het ware heil en de vrede voor het Joodse volk te zoeken.
(3) De overheid op te roepen om tegen elke vorm van antisemitisme stelling te nemen en die te bestrijden’.
Ds. A. Schot,
De Saambinder, 29 oktober 2020