Ds. A. Schot
Advent
Advent
Aanstaande zondag vangt het kerkelijk jaar weer aan met de eerste Adventzondag. Het woord advent komt van het Latijnse woord adventus en dat betekent komst. Aan de komst van Christus is een uitzien voorafgegaan. Het is daarom goed om het kerkelijk jaar niet met kerst te laten beginnen, maar met de adventsweken.
Er is een toeleidende weg tot Christus. Zonder ellendekennis zal er geen uitzien zijn naar de Verlosser. En zonder ontdekking is er zelfs geen ellendekennis. Het komt nogal eens voor dat de noodzaak van voorafgaande ellendekennis wordt betwijfeld. Als dat in de prediking geleerd wordt, zou het een voorwaarde zijn om tot Christus te komen. Wij leren helemaal niet dat er een voorwaarde is om tot Christus te komen.
Wij leren wel dat er een toeleidende weg is tot Christus. Dit is in de eerste plaats duidelijk vanuit het Oude Testament. Het Oude Testament heeft aan betekenis nog niets verloren. De Heere Jezus onderbouwde in het Nieuwe Testament ook voortdurend uit Mozes en de Profeten. Hij sprak dat er, totdat de hemel en aarde voorbijgaan, geen jota noch tittel van de Thora verloren zou gaan. De geschiedenis van Abraham wordt door Paulus ook ten voorbeeld gesteld voor de gelovigen van het Nieuwe Testament. Maar ook het Nieuwe Testament is heel helder als het gaat om de weg tot Christus.
Om zo maar enkele voorbeelden te noemen, zonder volledig te zijn:
Zo zouden we door kunnen gaan. Wie de toeleidende weg tot Christus ontkent, moet de Bijbel wel heel veel geweld aandoen. Over veel teksten zal dan nooit meer gepreekt kunnen worden. Bovendien is het totaal tegen de logica in om het stuk van de verlossing aan het stuk der ellende te laten voorafgaan. Het is zo vanzelfsprekend dat het eigenlijk geen bewijs behoeft. Met veel instemming hebben we het artikel van ds. G. Hoogerland daarover gelezen in het Reformatorisch Dagblad als tegenreactie op een droevig geluid uit eigen kring.
Lopen wij niet het gevaar om van de toeleidende weg de grond te maken? Absoluut niet! Van harte onderschrijven we de veel aangehaalde woorden: ‘Buiten Jezus is geen leven maar een eeuwig zielsverderf’. Hoe komt het toch dat er zoveel tegen die toeleidende weg opkomt? Ik kreeg een brief van een moeder naar aanleiding van een jongerenbijeenkomst waar de spreker zich uitliet over ‘die vervloekte toeleidende weg’. Als ik zoiets lees dan krimpt mijn hart ineen. De toeleidende weg heeft alles te maken met het werk van de Heilige Geest. Het is de weg waarlangs de Heilige Geest een zondaar brengt tot de bevindelijke kennis van de Middelaar. Tegen dat werk heeft altijd al vijandschap bestaan.
Er is echter ook een volk dat naar de Adventsprediking uitziet. Zij horen daarin hun hart verklaard. Het maakt het verlangen in hun hart des te sterker. Voor zulke uitziende zielen is er verwachting. De Adventsprediking is bedoeld om zielen tot Christus te leiden. Het volk dat in duisternis wandelt zal een groot licht opgaan! Het is mijn hartelijke wens dat de prediking daarvoor gebruikt mag worden in de komende weken.
Ds. A. Schot,
Kerkbode Ger. Gem. Nunspeet, najaar 2015