Ds. A. Schot
Gesprek in de gemeente
Gesprek in de gemeente
Ds. A. Schot: „Je moet jezelf ervoor over hebben om met de ander te spreken”
In elk kerkverband nemen verschillen tussen gemeenteleden toe. Hoe blijf je als gemeente een gemeenschap? Ds. A. Schot: „Gods Woord geeft antwoord.”
Lid zijn van een kerkelijke gemeente is een groot voorrecht en geeft een grote verantwoordelijkheid. Ds. A. Schot, predikant van de Gereformeerde Gemeente van Nunspeet, zette in zijn boekje Liefde tot elkaar wat gedachten uiteen over het leven als gemeente: ‘Samen een kerkelijke gemeente vormen, betekent oog en zorg hebben voor elkaar; een hechte gemeenschap zijn’.
Juiste zicht
Veel mensen verlangen ernaar dat de kerk een liefdevolle en warme gemeenschap is, waar erkenning is voor wie ze zijn. Tegelijk ervaren velen dat er geen oog voor hen is, dat er niet met maar over hen gepraat wordt, dat er lauwheid en onderlinge verdeeldheid is. Van menselijke kant bekeken, gaat het er in de gemeente vaak al te menselijk aan toe. Dat is niet goed te praten. Maar dat geeft wel aan dat het belangrijk is de gemeente van Gods kant te blijven zien: ‘De Zoon van God vergadert, beschermt en onderhoudt’ (Heidelbergse Catechismus, Vraag en Antwoord 54). De onderwijzer vraagt niet wat de leerling van de kerk ziet of denkt, maar wat hij ervan gelooft.
Opgave
Gemeente zijn zoals Gods Woord zegt, is geen eenvoudige opgave in een tijd van wereldgelijkvormigheid en individualisering. Verschillen tussen gemeenteleden nemen toe. Hoe ga je daarmee om? Ds. Schot: „Het is belangrijk om onderscheid te maken tussen middelmatige en wezenlijke zaken. In middelmatige zaken moeten we elkaar vrij laten. Zaken die in Gods Woord aan het geweten worden overgelaten, moeten we ook aan het geweten overlaten. Maar in wezenlijke zaken mogen we geen millimeter opzij gaan. Als dat verwijdering zou geven, dan geeft dat maar verwijdering.”
Elkaar spreken
Het is belangrijk om in de gemeente belangstellend te zijn naar elkaar en met elkaar te spreken, ook over verschillen. Dan kun je ook tegenover elkaar uitspreken of hier sprake is van een middelmatige of een wezenlijke zaak. Ds. Schot: „Dan is er ook de mogelijkheid om elkaar terug te roepen van de verkeerde weg. Het is belangrijk dat onze communicatie naar de Schrift is. Matthéüs 18 wijst daarin de weg. We praten vaak gemakkelijker over elkaar dan met elkaar. Het kwaad van lasteren is een oud kwaad, dat in de Psalmen heel vaak benoemd wordt. Daar kunnen we ook lezen wat de schade daarvan is. Het komt voort uit onze verdorven natuur. Daar ligt de bron.”
Hoe kan dat veranderen? „Je moet jezelf ervoor over hebben om met de ander te spreken. Dit wordt immers niet altijd in dank afgenomen. Als de ander er niet ontvankelijk voor is kan het zich tegen je keren. Maar het is belangrijk dat we voor onszelf weten dat ons oogmerk zuiver is. Genade maakt eerlijk tegenover God en tegenover de mensen. Wie het vanuit die gestalte doet, zal ook de ootmoed mogen beoefenen en dan zal het gebed voorafgaan.”
Elkaar vasthouden
Paulus roept regelmatig op om op elkaar acht te geven en elkaar te vermanen. Dat is een wezenlijk onderdeel van het gemeente zijn. Ds. Schot geeft aan dat we dit in het kerkelijke leven helaas lijken te ontgroeien. „Het acht geven op elkaar wordt snel als bemoeizucht gezien. We leven in een tijd waarin een ieder graag zelf uitmaakt wat hij doet. Het zou zeker meer moeten functioneren. Ik ben ervan overtuigt dat het ook functioneert als er ware liefde is.”
De predikant wijst erop wat de gevolgen kunnen zijn als het op elkaar acht geven en elkaar vermanen achterwege blijft. „In een lichaam laat je een ziekte ook niet voortwoekeren. Dat is verwoestend. Op een fruitschaal kan een rotte appel veel kwaad aanrichten. Een vlieg doet de apothekerszalf stinken. Toen er een ban in het leger was kreeg het gehele volk de Heere tegen. Voor de betrokkene zelf is het ook niet liefdevol als men hem of haar niet terugroept van de verkeerde weg.”
Liefde
Ds. Schot geeft aan dat het belangrijk is dat de ware liefde het kerkelijke leven stempelt. „Dan kan men onderling in een en dezelfde gemeente functioneren met alle verscheidenheid, die er is. Dan gaat er van de gemeente ook wat uit. Dan valt het buitenstaanders op dat ze elkaar in de kerkelijke gemeente liefhebben.”
De Bijbel over de gemeente
Doen en niet doen in de gemeente
– Praat niet zonder de ander over de ander
– Geef geen ergernis
– Doe niet mee aan groepsvorming
– Oordeel niet
– Leef mee met gemeenteleden
– Bid voor de gemeente
– Tenslotte: Wat gij niet wilt dat u geschiedt …